Paul Damming van de afdeling Brand- en Bedrijfsstoffen weet meer.
Defensie kiest voor de bijmenging van Hydrotreated Vegetable Oil (HVO), een geavanceerde biobrandstof. Deze HVO wordt gemaakt door afvalstromen, zoals afgewerkte frituurolie, resten van bosbeheer en andere restafval, intensief te behandelen en om te werken naar dieselbrandstof. Daarvoor heeft Defensie nu een contract afgesloten met leverancier FinCo Fuel Nederland, die ook nog eens garandeert dat er geen grondstoffen als palmolie of raapzaadolie worden gebruikt. We willen nou eenmaal niet concurreren met de voedselvoorziening!
Strenge eisen
Klinkt goed, maar de brandstof die Defensie gebruikt, moet wel voldoen aan de strenge NATO F-54 specificatie. Daarnaast moet biobrandstof geschikt zijn voor langere perioden van opslag, net als fossiele diesel. “Geen probleem”, verzekert Damming, “de gebruikte biobrandstof wijkt duidelijk af van de biodiesel (FAME) die we kennen als 1e generatie. Vanwege slijmvorming is FAME niet geschikt voor langere opslag. Na het bijvoegen van de HVO voldoet het brandstofmengsel nog steeds volledig aan de benodigde specificatie van dieselbrandstof EN590, de basis voor de NATO-specificatie. De nieuwe diesel is dus ook geschikt voor langdurige opslag, als voertuigen langere tijd niet gebruikt worden of bij bijvoorbeeld noodstroomvoorzieningen.”